Gesprekstips

Een gesprek aangaan met je collega, familielid of vriend(in) die het zelf niet meer kan is heel waardevol, maar is vaak niet eenvoudig. Daarom zijn er verschillende organisatie die je daarbij kunnen ondersteunen. Maar je kunt ook zelf het gesprek aangaan. Een aantal gesprekstips en adviezen op een rij:

Zeg wat je doet en doe wat je zegt. Kom je afspraken na en beloof niks wat je niet waar kunt maken. Het is menselijk om iemand op positieve wijze een hart onder de riem te willen steken, maar pas op met het wekken van valse verwachtingen. Laat je niet verleiden tot de belofte er niet met anderen over te praten. Hoewel dat bijdraagt aan een open gesprek, brengt dit het risico mee dat je medeverantwoordelijk wordt.
Spreek je zorg uit zonder oordeel. Je benoemt wat je opvalt. Door aan te geven wat je ziet, hoef je vaak geen vraag te stellen. Bijvoorbeeld: “Goh, ik heb je een paar keer gemist tijdens bijeenkomsten.” “Dat klopt, het werk groeit me boven de pet.”
Denk hierbij aan vragen als: Hoe gaat het met je? Hoe voel je je? Maak je je zorgen? Waar maak je je zorgen over? Daarmee stuur je niet en vul je niet voor de ander in.
Je helpt iemand het meest door hem of haar zelf zijn verhaal te laten vertellen. Door (te vroeg) conclusies te trekken of te oordelen kan iemand dichtslaan of niet vertellen hoe hij/zij zich echt voelt. Iemand kan worstelen met iets wat voor jou eenvoudig lijkt of met iets persoonlijks waar jij als buitenstaander geen beeld van hebt. Geef de ruimte voor een eigen verhaal.
Probeer duidelijk te maken waar jouw zorg zit, zonder dat iemand zich aangevallen voelt. Je gesprekspartner is kwetsbaar en zal snel in de verdediging schieten wanneer het gevoel ontstaat dat hij/zij iets niet goed doet. Blijf daarom praten vanuit je eigen gevoel en zorg.
Je redeneert vanuit jouw zorg: “Ik kan me voorstellen dat het niet makkelijk is om al het werk rond te zetten wanneer je alleen bent. Ik maak me zorgen over hoe het met jou gaat? Of het werk je misschien boven het hoofd groeit.” Je stelt dus niet dat het werk iemand werkelijk boven het hoofd groeit of dat het niet goed gaat met iemand.
Wanneer je een open gesprek hebt kunnen voeren, kun je samen met de ondernemer bespreken wat eventuele vervolgstappen zijn. Bijvoorbeeld over een week nog eens doorpraten, samen zoeken naar passende hulp, bespreken of iemand in zijn/haar directe omgeving zou kunnen helpen, etc. Betrek mogelijk partner of gezinsleden erbij. Voor het vinden van passende hulpverlening, kun je het verwijsschema doorlopen.
Is er directe levensbedreigende crisis, bel dan 112. Vermoed je suïcidedreiging? Neem dan contact op met de huisarts of 113 Zelfmoordpreventie (www.113.nl of 0800 0113.).