Een knipkaart voor het ziekenhuis, verhalen die bijna ongeloofwaardig worden, koeien die weggaan, ossen die komen. Op boerderij De Fuik in Didam is geen dag hetzelfde. Emoties wisselen elkaar af, maar het glas is altijd halfvol bij LTO Noord-bestuurder Karolien Hupkes (53). ‘Ontladen en opladen. Dat heb ik nodig, anders val ik om.’
‘Goed stoppen en uithuilen is belangrijk om door te gaan’, herhaalt Hupkes aan de keukentafel nog eens de woorden die ze vorig jaar al uitsprak. Een jaar geleden bepaalde het lot om te stoppen met het melkveebedrijf. Klinkt simpel, maar dat was het niet. ‘Maar wel de enige goede keuze.’
We gaan terug naar mei vorig jaar. De broer van Karolien Hupkes, met wie ze in het melkveebedrijf De Fuik zit, ligt heel ziek met hartfalen in het ziekenhuis. Het is ernstig, heel ernstig. ‘Hij lag daar nauwelijks levend. Als hij het zou halen, was het kansloos dat hij zijn oude leven weer kon oppakken. Alles was weg, ook zijn humor. Net een dood vogeltje. Melkvee houden is topsport en mijn broer was geen topsporter meer. Zijn hart functioneert nog voor 40 procent. Hij was altijd de spil van het bedrijf. Mijn vader kan het niet en ik wilde het niet meer op die manier. Bovendien was er geen opvolger. Je moet altijd een realistisch beeld van de werkelijkheid houden. Wat wil je en wat kan je. De enige keuze was dus om te stoppen met melkvee. Ondernemen is mooi, maar als de mens ziet dat het niet meer kan, dan kan het niet.’
Toekomst is volgende vraag
Wat de toekomst dan moest brengen, staat op dat moment niet bovenaan het prioriteitenlijstje van Hupkes. ‘Ik was er alleen maar mee bezig dat hij er levend uit zou komen. De keuze om te stoppen werd gemaakt, wat er moest volgen was pas de volgende vraag.’
Die vraag is inmiddels beantwoord. Met haar participatie in het project ‘Ode aan de Os’ is de levendigheid op het boerenerf van de familie weer terug. Geen koeien, maar ossen vullen de dierlijke tak in. Eigenlijk zat het concept al ergens in de pijplijn, maar werd nu versneld doorgevoerd. ‘We hadden ook kunnen stoppen en verkopen, maar dat hebben we niet gedaan. Ik heb hart voor de zaak, voor de agrarische sector en ook het leven op de boerderij trekt. We wilden door.’
Dat gebeurt nu met de coöperatie Ode aan de Os, een samenwerking van vijf boeren in de Achterhoek en Liemers, waarbij de os centraal staat. Aanvankelijk zou Hupkes ook gecastreerde stierkalveren inbrengen, maar door het beëindigen van het melkveebedrijf worden er ook geen kalveren meer geboren. ‘Onze stal wordt gebruikt als winterstalling. Of ze lopen buiten. Hiervoor hebben we drie percelen beschikbaar. Twee daarvan zijn van onze buren. Zij zijn de ‘oppassers’. Ze stellen hun grond beschikbaar om de ossen te laten grazen en ze houden de dieren een beetje in de gaten. Zelf hebben ze geen onderhoud van het stuk land en ze krijgen een vleespakket van de ossen als beloning.’
‘Ondernemen is mooi, maar als de mens ziet dat het niet meer kan, dan kan het niet’
Hupkes ziet wel een groot verschil met het melkvee dat jarenlang de dienst uitmaakte op het erf. ‘We hadden altijd 100 procent Holsteiners. Nu komen er verschillende soorten en maten. Het zijn alleen niet je eigen dieren. Het is alsof je logeetjes krijgt. Die trouwens rustiger en makkelijker zijn dan vrouwelijke dieren.’
Een twinkeling in haar ogen verraadt het enthousiasme van Hupkes over deze nieuwe uitdaging. Met de mond in de lachtstand vertelt ze over hoe de eerste ossen in november kwamen. ‘We hadden de stallen laten schoonspuiten, zodat we met een leeg hoofd konden beginnen.’
Hoewel leeg een relatief begrip is in het woordenboek van de familie Hupkes. Alsof je een leeg hoofd kan hebben, als je man kort daarvoor een hersenoperatie heeft ondergaan. ‘Hij was in augustus met de fiets gevallen. Ik remde, hij niet en reed me zo omver. Ik zag hem daar liggen en dacht terug aan een eerdere val in 2022. Toen had hij een hartstilstand. We waren met een groepje en zijn gelijk begonnen met reanimeren. Een uur lang is hij gereanimeerd. Op Hemelvaartsdag nota bene. De kans dat hij het zou overleven was vijf procent. Hij was helemaal blauw en ik dacht alleen maar hoe ik dit mijn kinderen moest vertellen. In 2015 hadden ze ook al meegemaakt dat ik zelf borstkanker kreeg. Het was een wonder dat Bert eruit is gekomen.’
‘Als wij een boek zouden schrijven, kun je heel wat afleveringen Goede Tijden Slechte Tijden opnemen.’
De val in de zomer bleef niet onberoerd. Aanvankelijk leek het mee te vallen, totdat haar man niet meer zichzelf was. ‘Hij reageerde raar, was niet zo alert, kon moeilijk uit zijn woorden komen, had heel erge hoofdpijn die niet overging en liep scheef. Na een bezoek aan de huisarts, zaten we direct op de intensive care van het ziekenhuis omdat hij een bloeding in zijn hoofd had. Een dag voordat een van onze beste vrienden werd begraven. Waar loop ik toch in rond, dacht ik. En ook: hoe vertel ik dit nu weer. Het werd een berichtje dat Bert weer eens aandacht nodig had en op de IC lag. In november volgde een hersenoperatie. Hij ging er slecht in, maar kwam er gelukkig vrij goed uit. Als wij een boek zouden schrijven, kun je heel wat afleveringen Goede Tijden Slechte Tijden opnemen.’
Leven niet planbaar
Het weerhoudt Hupkes er niet van om door te zetten, het ondernemerschap niet op te geven. ‘Het leven laat zich niet plannen. Als we de boel zouden verkopen, neemt dat de zorgen niet weg. Praten helpt goed. We zijn ook altijd open naar onze kinderen. Die hebben al veel in hun leven meegemaakt. Maar het is niet alleen ellende, het levert ook mooie gespreksstof en verbindingen op. Daarom vind ik TABOER (initiatief voor de mentale gezondheid van agrariërs, SW) zo goed. Praten helpt, het geeft lucht om dingen te delen. Maar je moet ook oog houden voor mensen die het op een andere manier doen.’
Ze noemt het de ‘veerkracht’ van haar gezin, waarmee ze zich altijd richten op dingen waar ze blij van worden. Dus ook van de nieuwe weg die ze zijn ingeslagen. ‘Het is geen vlucht. Maar wij willen niet blijven hangen in wat was. Je moet een punt zetten en niet achterom maar vooruit blijven kijken. Begin de dag met een dansje, er is altijd licht aan het einde van de tunnel. Ik hou van hectiek en chaos, kan er goed tegen. We leven in het moment. Ik weet niet waar we over tien of twintig jaar staan. Zoals mijn kinderen mij dan altijd citeren: dan kan ik al drie keer dood en begraven zijn.’

Ode aan de Os geeft stierkalveren in Achterhoek/Liemers meerwaarde
‘Om melk te produceren, krijgt een koe een kalfje. 50 procent van deze kalfjes zijn jongens.’ Zo begint het verhaal van coöperatie Ode aan de Os in de infographic waarmee het proces in kaart wordt gebracht.
Doel is om de stierkalveren in het landschap van de Achterhoek en Liemers meerwaarde te geven. Deels op percelen die nu vaak ongebruikt zijn.
Het is een initiatief van vijf boeren: Suzanne Ruesink (Aalten), Toon Hulshof (Lievelde), Robin Walvoort (Geesteren), Beli den Hartog (Lathum) en Karolien Hupkes (Didam). Mede ondersteund door het LTO Noord Innovatiefonds. De stierkalveren die op de bedrijven worden geboren, worden met drie maanden gecastreerd. Met zes maanden worden de ossen in de coöperatie ingebracht. Ze grazen in de regio en de vleespakketten zijn verkrijgbaar bij lokale verkooppunten. ‘Je levert een product waar je voor hebt gezorgd. Dat draagt bij aan het besef en begrip waar ons eten vandaan komt. Dat is meer dan een verhaal. Het is een license to produce’, zegt Hupkes.
Tekst: Sacha Wunderink | Foto: Jan van den Brink
Abrupt stoppen: Besefmomenten volgen elkaar op

In mei 2024 kwam er abrupt een einde aan vijf generaties melkveehouderij ‘De Fuik’ in Didam. De directe aanleiding was het ernstige hartfalen van broer Dick (50), die op dat moment op de hartbewaking lag. Karolien Hupkes (53), die samen met haar broer het bedrijf runde, vertelde in juni 2024 aan TABOER welke impact deze ingrijpende beslissing op hen had op dat moment.
Karolien heeft de afgelopen jaren zowel voorspoed als tegenslag gekend. Telkens slaat ze zich, samen met haar gezin, erdoorheen. Het is echter belangrijk te beseffen dat je er niet alleen voor staat. Praat erover met mensen in je directe omgeving of neem contact op met de medewerkers van TABOER. Zij helpen je graag verder.