Schapenhouder Tom Pronk: ‘Vroeg of laat komt alles goed’

Ruim een jaar geleden werd Tom Pronk, een jonge gedreven schapenhouder uit Naarden, getroffen door de uitbraak van blauwtong op zijn bedrijf. Als een van de eerste 8 bedrijven in Nederland die met de ziekte te maken kreeg, stond hij voor een enorme uitdaging. De impact was groot: maar liefst 120 dieren overleefden het virus niet. Ondanks dit grote verlies hield Tom zijn vertrouwen in de veerkracht van de natuur.

“Dit hoort er soms bij. Natuur is krachtig en heeft een herstellend vermogen. Vroeg of laat komt het goed,” zegt hij vastberaden. Hij deelt graag zijn persoonlijke verhaal en werpt een persoonlijk licht op de uitdaging die blauwtong met zich meebrengt voor schapenhouders in Nederland.

Tom Pronk (28) is schapenhouder en veehandelaar en heeft zijn hele leven al schapen gehad. Sinds zijn 18 jaar runt hij zelfstandig zijn bedrijf met de naam ‘Buffelhoeve’, waar hij zo’n 150 fokschapen houdt. Een deel van deze schapen zet hij in voor de begrazing van dijken en percelen bij boeren in de regio, terwijl hij een ander deel houdt voor de handel. “Achteraf vond de eerste besmetting op mijn bedrijf in juli 2023 plaats, terwijl de officiële blauwtongbesmetting pas in augustus werd vastgesteld,’’ vertelt Tom. “In het begin hadden de dieren vooral last van een pijnlijke bek, waardoor ze niet meer wilden eten. We deden er alles aan om ze aan het eten te houden en gaven ze appelmoes, zodat ze iets binnen kregen.

‘’Het was echt verschrikkelijk om te zien hoe de dieren leden. Elke dag kwam de dierenarts langs om een aantal dieren te euthanaseren.”

Verdere verspreiding van virus

Naarmate de tijd vorderde, veranderde het ziektebeeld. Steeds meer dieren kregen te maken met vochtophopingen in hun gewrichten en longen, wat leidde tot pijnlijke gewrichten en ernstige ademhalingsproblemen. ‘’Het was echt verschrikkelijk om te zien hoe de dieren leden,’’ herinnert Tom zich. Elke dag moest de veearts langskomen om zieke dieren te laten inslapen. ‘’Op een gegeven moment moest ik zelfs de dieren markeren die geëuthanaseerd moesten worden. Het was echt vreselijk. Zo’n 120 fokschapen hebben het uiteindelijk niet gered.’’

Steun en samenwerken in moeilijke tijden

“Inmiddels heeft iedere schapenhouder in Nederland te maken gehad met blauwtong. Je merkt dat iedereen nu echt begrip heeft voor elkaar.”

De uitbraak bracht enorm veel extra werk met zich mee, en gelukkig kreeg Tom hulp van een trouwe vrijwilligster die hem bijstond in de zorg voor de zieke dieren. Ook als veehandelaar voelde hij de noodzaak om contact te zoeken met collega-schapenhouders, om ervaringen en steun uit te wisselen. ‘’Ik bezocht veel schapenhouders en belde klanten om te vragen hoe het ging. Op de veemarkt kwam ik schapenhouders uit hele land tegen die nog niet met blauwtong te maken hadden gehad en niet beseften hoe heftig het kon zijn. Inmiddels heeft bijna elke schapenhouder aan den lijve ondervonden. Je merkt nu echt dat iedereen begrip heeft voor elkaar en de situatie binnen de schapensector.’’

‘’Ik bezocht veel schapenhouders en belde klanten om te vragen hoe het ging.”

Het praten met gelijkgestemden in deze periode hielp Tom om de last te verlichten. Daarnaast kon hij er goed over praten met zijn vriendin en ouders, wat hem door deze vooral drukke en zware tijd heen trok.  

Herstellende kracht van de natuur

Al die tijd hield Tom het vertrouwen in de herstellende kracht van de natuur. Hij ziet wel dat het blauwtongvirus een grote impact heeft gehad op het schapenbestand in Nederland. “Veel bedrijven hebben hun aantallen moeten halveren of zijn helemaal gestopt,” zegt hij. Zelf heeft hij inmiddels weer nieuwe dieren aangekocht, maar het proces van herstel is nog volop gaande. Vaccineren tegen blauwtong is volgens hem nu onmisbaar om de toekomst van de schapenhouderij veilig te stellen. Hij was dan ook blij toen begin dit jaar de vaccins beschikbaar kwamen en liet zo snel mogelijk al zijn dieren vaccineren. Maar of het vaccin 100% werkt, vindt hij moeilijk te zeggen. Ook dit jaar heeft hij opnieuw te maken gehad met blauwtong, maar deze keer verloor hij maar 15 dieren. ‘’De schapen zijn veel minder ziek dan vorig jaar,’’ merkt hij op.

Moment van reflectie kwam een jaar later

“De zorg voor de dieren was vorig jaar zo intens dat je nauwelijks de tijd had om te beseffen welke impact dit had op je bedrijf en je omgeving.”

Vorig jaar stond zijn leven volledig in het teken van deze ziekte. Door de zorg voor de dieren was er nauwelijks tijd om stil te staan bij de impact ervan op zijn bedrijf en toekomst. Afgelopen zomer kwamen de gevolgen pas echt aan de oppervlakte: bijna al zijn eigen gefokte schapen waren verdwenen, en hij had ook geen lammeren. “Normaal lever je regelmatig lammeren af voor de slacht, maar dit jaar had ik niets en dus ook geen inkomsten. In juli was het geld gewoon op.” Tom legt uit dat de uitbraak van blauwtong wordt gezien als een calamiteit, waarvoor geen verzekering of overheid een vergoeding biedt. Dat maakt het extra zuur voor de getroffen schapenhouders. “Gelukkig werk ik nog een paar dagen buitenshuis en kan ik deze financiële klap zelf opvangen, maar ik moet wel zuinig aan doen.”

De toekomst positief tegemoet

Ondanks alles blijft de jonge schapenhouder vastberaden om zijn bedrijf verder te ontwikkelen. “Je merkt dat de schapensector momenteel volledig stilstaat. Naast blauwtong kampen veel ondernemers elders in het land met de dreiging van de wolf. Hier is de wolf nog niet gesignaleerd, maar dat is waarschijnlijk een kwestie van tijd.” Hij maakt zich er nu nog geen zorgen over en kijkt liever vooruit.

Als jonge ondernemer en voorzitter van de regionale AJK Gooi en Vechtstreek heeft hij veel contact met jonge agrarische studenten en ondernemers. Hij merkt op dat er een actieve groep jonge leden is die met een open vizier en op een positieve manier naar de toekomst kijkt. Dit zijn de blijvers, degenen die kansen zien en pakken wanneer deze zich voordoen. Tom deelt deze instelling. Veel (hobby)schapenhouders in zijn omgeving zijn gestopt, wat wellicht nieuwe mogelijkheden voor hem biedt. “Ik wil meer schapen inzetten voor begrazing. Nu lopen ze op de dijk, maar in de toekomst zou ik graag begrazingscontracten afsluiten met natuurorganisaties of overheden.”

Tom vertrouwt altijd op de kracht van de natuur, zoals hij het zelf zo mooi verwoordt: “De natuur herstelt zichzelf.” Hij voegt eraan toe: “Als schapenhouder moet je vertrouwen op die kracht, maar ook gebruikmaken van de hulpmiddelen die we hebben om onze schapen te beschermen. Vroeg of laat komt alles goed.”


Heb jij ook te maken gehad met blauwtong op je bedrijf of met andere heftige gebeurtenissen. Deel je zorgen? Praat hierover met mensen in je directe omgeving of neem contact op met TABOER!