Voor veel mensen is hulp vragen één van de moeilijkste dingen om te doen. “Zelf doen!” hoor je vaak een opstandige peuter roepen. Als kind accepteer je gemakkelijker een uitgestoken hand, maar naarmate je ouder wordt en je problemen complexer worden, wordt het vaak moeilijker om de eerste stap te zetten naar het vragen om hulp.
“Ie stoat niet alleen” is de titel van het liedje van de Heinoos, speciaal geschreven voor TABOER. Met dit nummer wil TABOER mensen bewust maken dat er altijd mensen om je heen zijn die je willen en kunnen helpen. Maar hoe zet je die eerste stap naar hulp?
Het belang van het gesprek
Het lied is een mooie aanleiding om het gesprek aan te gaan met Petra Sol en Wim Biemans over het vragen om hulp bij mentale problemen. Wim Biemans is al jaren in verschillende functies betrokken bij Zorg om Boer en Tuinder (ZOB), terwijl Petra net is aangesloten. Ze is boerendochter, heeft gestudeerd in Wageningen, maar heeft jaren geleden een andere afslag genomen naar de humanistiek, omdat ze van mening is dat de mens ook geestelijk gevoed moet worden. Momenteel werkt ze als geestelijk verzorger in de ouderenzorg en heeft ervaring als praktijkondersteuner GGZ. Deze achtergrond maakt haar deskundig in het omgaan met hulpvragen.
Mentale problemen in de agrarische sector
“Je bent in de eerste plaats mens, naast het ondernemerschap.”
Mentale problemen spelen niet alleen in de agrarische sector, maar in alle beroepsgroepen. ‘’Agrarische ondernemers, met name veehouders werken vaak alleen op het bedrijf en hebben weinig tijd voor sociale verplichtingen, waardoor de kans bestaat dat je sociale netwerk steeds kleiner wordt. Door de automatisering komen er steeds minder mensen op het erf, waardoor we zien dat ondernemers in een isolement komen en zich eenzaam voelen,” merkt Wim Biemans op. Petra vult aan: “Vaak durven mensen geen hulp te vragen uit schaamte of angst voor onbegrip en vooroordelen. Of ze vinden dat kwetsbaarheid tonen een teken van zwakte is. Wat ik ook zie, zijn mensen die in een tunnelvisie zitten: ‘zo doen we het altijd al’. En wat ik hoor is dat mensen niet ‘in het krijt willen staan’; wat staat er tegenover deze hulp? Dat is jammer, want mentale problemen kunnen dan verergeren en dus blijft het herstel of de oplossing langer uit.’’
Tips en adviezen
- Wees niet te streng voor jezelf. Pas het principe van ‘omdenken’ toe. Denk bijvoorbeeld als je het moeilijk hebt, niet in onmogelijkheden, maar zeg tegen jezelf; Ik kan niet meer dan m’n best doen.
- Je bent altijd zelf aanzet; niemand kan in jouw hoofd kijken. Je kunt je gedachten wel delen. Jij kent jezelf het beste. Een ander kan jouw probleem niet oplossen, maar een onafhankelijke derde ziet de zaken scherper: 2 weten meer dan 1.
- Wees niet bang dat de ander niet zit te wachten op jouw verhaal, maar realiseer je dat degene die je in vertrouwen neemt, zich juist gewaardeerd voelt. Vragen is namelijk ook geven: door het geven van vertrouwen ontstaat er verbinding.
- Uit je vaker: altijd groot, stoer en stevig zijn, kent ook zijn nadelen. Het tonen van kwetsbaarheid kan juist heel krachtig zijn. Daardoor ontvang je eerder wat je nodig hebt. En dat geeft sturing aan je leven.
Dynamiek van een gezinsbedrijf
“Kijk verder: in andere sectoren vraagt men ook advies als je er zelf niet uitkomt.”
Daarnaast heb je op boerenbedrijven vaak ook nog eens te maken met gezinsbedrijven. Dat brengt altijd een andere dynamiek met zich mee. Je werkt niet alleen samen, maar je zit ’s avonds ook weer bij elkaar. Zeker in deze onzekere tijd, waarin veel op agrarische ondernemers afkomt, is het moeilijk om een balans te vinden. “Soms voelen gezinsleden zich niet gezien of onrechtvaardig behandeld door hun familie of door de maatschappij. De kinderen moeten vervolgens goed maken wat ‘unfair’ was.
Zo kan onbewust een ‘roulerende’ rekening ontstaan, waarbij het probleem bij de volgende generatie neer wordt gelegd,’’ gaat Petra verder.
Financiële problemen, gezins- of relatieproblemen zijn vaak onderling verweven. Ook het missen van een toekomstperspectief kan ervoor zorgen dat je niet lekker in je vel zit. Je piekert, slaapt slecht, bent humeurig of krijgt fysieke problemen. Vaak wil je jouw directe omgeving hier niet mee belasten. Toch lucht het in veel gevallen op als je openlijk spreekt over je zorgen met anderen. Maar met wie en wanneer? Een onafhankelijke partij, zoals ZOB, kan in zo’n geval een goede gesprekspartner zijn. ‘’Als praktijkondersteuner zag ik vaak dat mensen de hulpvraag blijven uitstellen en maar blijven malen met hun gedachten. En dat kan ervoor zorgen dat je je steeds minder fijn voelt. Daardoor lijd je langer dan nodig is. In sommige gevallen lopen relaties stroever en krijg je zelfs minder of geen structuur meer in de dag.”
Wie is het ideale klankbord voor jou?
Breng hoofd en hart op 1 lijn: dat is krachtig!
Petra en Wim merken dat de mensen in de directe omgeving hun naasten aansporen om hulp te zoeken. Een partner of een familielid ziet iemand enorm worstelen, maar kan niet precies de vinger op de juiste plek leggen en spoort hem of haar aan om hulp te zoeken. De hulpvraag kan bijvoorbeeld neergelegd worden bij: familie, buren, vrienden, dominee, pastor, erfbetreder, huisarts, praktijkondersteuner huisarts GGZ, agrocoach, vrijwilligers van ZOB, of door een telefoontje naar TABOER. Het belangrijkste is dat de hulpvrager zich veilig en vertrouwd voelt bij diegene met wie hij of zij spreekt. Vrijwilligers van ZOB komen zelf uit de agrarische sector en begrijpen wat er speelt. Hun diensten zijn belangeloos en gratis. Ze kunnen een gesprek met jou voeren in de stal of aan de keukentafel op een moment dat bij jou goed uitkomt Dit laatste is niet onbelangrijk in een agrarische onderneming waar het werk 24 uur per dag doorgaat.
Het beest in de bek kijken
Het is nooit te laat om hulp te vragen
Hoe langer je wacht, hoe hoger de drempel wordt daadwerkelijk de stap te zetten om hulp te vragen, maar het is nooit te laat, is de ervaring van Petra. Zij benadrukt dat hulp vragen een kracht is die versterkend kan werken. “Het lucht vaak enorm op als je het besluit hebt genomen om ‘het beest in de bek’ te kijken. Door je uit te spreken bij iemand die echt luistert, worden je problemen realistischer en helderder. Je gaat je gedachten ordenen. Dat maakt ruimte voor gevoel en emoties. Door samen met iemand te kijken, te onderzoeken en keuzes te maken, kom je verder. Je hoeft de last niet meer alleen te dragen. Dat lucht niet alleen enorm op, maar biedt ook weer kansen om in oplossingen te denken. Twee weten immers meer dan één. Als je problemen bespreekbaar maakt, kom je sneller bij de oplossing, omdat je uit jouw eigen denkkringetje stapt. Wat maakt jou gelukkig, waar krijg jij energie en word je blij van? Samen kun je nieuwe perspectieven ontwikkelen.”
Openstellen voor zelfontwikkeling
Het vragen om hulp is geen teken van zwakte, maar van kracht. Als je lef hebt, zul je zelf ondervinden dat ervaringen delen echt oplucht. “Veel ondernemers vinden het logisch om te investeren in een machine of grond, terwijl ze niet of nauwelijks investeren in henzelf. In het bedrijfsleven nemen werknemers verplicht deel aan intervisiegroepen. Als advies wil ik ondernemers dan ook meegeven: Investeer in jezelf. Versterk je boerenverstand. Begroot jaarlijks budget voor persoonlijke ontwikkeling,’’ merkt Petra op.